zaterdag 21 juni 2008

Toilettes Culturelles du Parade

De Parade is weer onderweg door Nederland, via Den Haag en Utrecht naar Amsterdam. Maar eerst volgens traditie in Rotterdam. Altijd een klein tikje lastig, de periode in Rotterdam valt in de drukke periode net voor de vakantie, het weer werkt vaak niet echt mee en de klik tussen al die Amsterdamse kunstartiesten en de Rotterdamse doe-maar-gewoon is er niet meteen.
Toch was het druk vanavond, het weer deed leuk mee en de theaters, terassen en eettenten zaten allemaal vol. Het aanbod aan tortillas, tapas, enchilladas en mochitos was overweldigend. Maar ook voor de gevolgen daarvan is een artistiek verantwoorde oplossing.[Nokiapic: ©ois]
Naast de spontane confrontatie met rondlopende spermatozoiden, een cultureel gepaste polonaise en een tango-workshop die zicht recht boven ons hoofd afspeelde zagen we ook nog een voorstelling: Mon bouillon deux. Enne, nee, we hadden ook geen idee toen we, na het lezen van deze tekst, het piepkleine stampvolle theatertentje binnenstapten: 'Eddie B. Wahr en Kees van der Vooren - van o.a. Orakter - maakten vorig jaar hun eerste Parade voorstelling als duo: Mon Bouillon. De integratie van visuele vondsten, live muziek, decor, film en droge humor werd door pers en publiek enthousiast ontvangen. De Bouillon werd nog nooit zo heet gedronken... Nog overlopend van de ideeën besloot het duo een vervolg te maken. Mon Bouillon Deux zal nóg heter worden opgediend'.
Genietbare popdeunen in een wonderlijke voorstelling waarin het spelen met beeld en geluid centraal stond: beamerprojecties hadden een ondersteunende, illustrerende en soms ontregelende functie. Zodat knoeien met tomatenketchup ook digitaal tot vlekken leidde die ook weer digitaal ongedaan konden worden gemaakt. En de acteur in dezelfde scene man en vrouw kon zijn. Dat de hertekop aan de wand gewoon meepraatte en zong is dan ook geen verrassing meer.
De 25 minuten vlogen om, en in no time stonden we alweer in de rij voor....het terras want dat wint het op een mooie zomeravond toch nog van het theater op de Parade. Maar au fond is dat terras natuurlijk óók theater...

maandag 16 juni 2008

De kunstcollectie 5: Rue de Grenelle

Fotografie is in deze wereld zo vanzelfsprekend, en toch: het is naast informatie, documentatie en entertainment ook kunst. Niet gemaakt door heel doordacht in een blok hout te werken of verf op papier te brengen maar door een moment, blik, detail of overzicht vast te leggen. Er wordt geensceneerd of niet en zo onstaat het beeld.
Bijna iedere dag staan er wel foto's in de krant die indruk maken, blijven hangen of die een plek op het prikbord verdienen. En soms is het meteen kunst.

Kunst zijn bijvoorbeeld de jazzfoto's van Ed van der Elsken, die hier in een bijna vergaan origineel boekje in de kast staan en die onlangs zijn her-uitgegeven. Foto's gemaakt met aanwezig licht tijdens nachtconcerten in het Concertgebouw eind jaren '50. Jazz in zwart en wit.

Ik lees geregeld de Parijsblog van Olivier van Beemen, correspondent in Parijs voor een aantal Nederlands bladen en uitgeverijen en inmiddels beroemd om de combi van Frankrijk-brede journalistiek, gelardeerd met soms beeldschone, Reviaans-vileine zinnetjes en andere stijlbloemen op niveau. Hij werkt geregeld samen met een andere Nederlander in Parijs, fotograaf Emile Gregoire.
Als je door het werk van Gregoire bladert zie je een mooie mix van hele strakke, gestyleerde foto's, details van een winkelpui of een modelogo met sfeervolle en melancholieke beelden van het leven, mensen in een park of een heldere ochtendlucht op een koude herfstdag.
Al dat moois bleek, na wat e-mailen, ook gewoon particulier te koop. En zo mailde ik met Emile over zijn werk en merkte dat het een lucide, zorgvuldige kunstenaar is. Ik kreeg ruime keuze in de uitvoering van de afdruk en heb het beeld van een Parijse straat, 's avonds in de regen, aan de muur. In mijn hoofd start de filmuziek van Miles Davis er bijna automatisch bij.
De foto werd gemaakt voor een fotowedstrijd en ontstond voor de deur van de fotograaf in de rue de Grenelle.
Ik vind van alles mooi aan het werk van Emile Gregoire, zijn uitersten in strak en melancholiek, en zijn vermogen om het toch wat doodgefotografeerde Parijs zo vast te leggen dat het verrassend en artistiek is.
Zo omschrijft hij zelf zijn benadering:
Having been a modern day nomad for most of his life, Emile always longed to capture his wonder at the world around him: the distant places, its exciting culture and wildlife. While living in Paris, his photography has evolved from being primarily focused on landscapes to portraying the city around him in all its forms: grandiose architecture, interesting details, the fascinating rhythm of daily life, the inhabitants and visitors. He is always looking for a new perspective on the world around us and often finds subtle relations between people or objects hidden to the eye at first glance
Er komt nog een foto aan, ergens deze zomer. Op zijn website staat een deel van zijn werk, en op Parijsblog vind je iedere vrijdag de fotocolumn 'Paris selon Gregoire'.
Hieronder in het klein, in het echt groot en mooi aan mijn wand.
Rue de Grenelle ©Emile Gregoire

zaterdag 14 juni 2008

Zeven maal Egorov

Pianist Youri Egorov werd ooit derde op het Concours Reine Elisabeth in Brussel (vroeger voluit op tv maar kennelijk hebben ze bij Canvas ook netmanagers). Twee jaar later haalde hij op het Van Cliburnconcours niet eens de finale en daar was het publiek zo boos om dat ze zelf het prijsbedrag van 10.000 dollar bijeenbrachten. Egorov had, zo lees je uit de verhalen van toen, nogal een ego. 'Persoonlijk en poëtisch', zo werd zijn spel vaak omschreven.
Hij ontvluchtte het benauwde klimaat van het Moskous conservatorium om in Nederland te wonen en werken. "Rusland is een onleefbaar land. Het is ronduit ridicuul dat je bepaalde boeken niet kunt lezen of bepaalde muziek niet mag spelen – Schoenberg bijvoorbeeld of Stockhausen: decadente kapitalistische kunst. Bovendien ben ik homoseksueel. In Rusland beschouwen ze homoseksualiteit als een vorm van krankzinnigheid."
Hij kwam naar Amsterdam, vond er de liefde en vond er zijn einde, hij overleed op 16 april 1988 aan de gevolgen van Aids, 33 jaar oud.
De eerste opname die ik van Egorov kocht was zijn uitvoering van het 20e pianoconcert van Mozart, kv 466. Van Mozart heb ik veel, ook wel dingen dubbel en van dit 20e piaonoconcert staan er waarschijnlijk wel 8 versies in de kast. Het heeft een veel somberder, dramatischer geluid dan veel andere muziek van W.A. Je hoort er de donkere tragiek in van Don Giovanni, de opera die hij twee jaar in 1787 zou schrijven.

EMI bracht onlangs een doosje uit met 7 cd's vol opnamen van Egorov. Het Mozart-concert staat er op, Het 'Emperor'-pianoconcert van Beethoven en vooral veel solowerk voor piano van Chopin, Schumann en Debussy. Aan Chopin kan ik slecht wennen maar vooral de Debussy-stukken hebben de spanning en het vernieuwende dat je bij een componist uit het impressionisme kan verwachten. Al beviel die omschrijving Debussy allerminst. "Muziek is gemaakt van kleuren en afgepaste ritmes".
Er is een actieve club mensen die via de website het bestaan en de muziek van Youri Egorov in de herinnering houden. Het nieuwe doosje toont aan hoe zinvol dat is.

Nieuwe Coldplay: Viva la Vida


Het begint met een hoesje: op de voorkant de titel Viva la Vida met wilde verfstreken gekalkt over het schilderij 'La Liberté guidant le peuple' uit 1830 van Eugène Delacroix. En verder veel nietszeggend artwork van de band zelf, de teksten verstopt in een wild ontwerpje, en een instrumentaal openingsnummer met sitar-achtige instrumentatie. Ik las dat het wordt gebruikt als intro voor de concerten.
Het titelnummer Viva la Vida is een sterke popsong, begeleid met een soort strijkers (dat weet je bij Brian Eno nooit). Mooist - na een paar keer beluisteren - is 42. Je kan het wel aan zanger Chris Martin overlaten om met zijn hoge, karakteristieke stem een zin zo te zingen dat ie niet meer uit je hoofd gaat. In '42' lukt dat volledig met: 'Those who are dead are not dead, They're just living my head'.
Erg Coldplay, en toch ook lekker aan de slag gegaan met nieuwe invloeden van wereldmuziek en medeproducer Brian Eno. Wel pretentieus maar niet topzwaar en wel veel ellende en dood enzo maar ook gewoon een mooie plaat.
Mediamarkt, nog geen 10 euro. Heb je ook het schilderwerk van de band erbij. Voor wie dat zou willen....

maandag 2 juni 2008

Opera in Rotterdam

Het was me even ontgaan maar Rotterdam had afgelopen week echte operadagen 2008. Het was al de derde keer maar in een stad waar we soms leiden aan een embarras du choix van cultuur en we zoals bekend enorm hard werken, mist een mens wel eens wat.
Toch nog 2 voorstellingen kunnen meepakken, beide niet erg traditioneel maar op hun eigen manier interessant en spannend.

De Materie
Op donderdag 29 mei zag ik een groot werk van Louis Andriessen. Nadat we in september als bij De Tijd waren geweest doken we nu in de Materie. De Materie is een uiterst complex, niet vaak uitgevoerd werk. De Tijd en De Materie behoren tot het grote oeuvre van Andriessen. Uitgevoerd door het Asko / Schonbergensemble onder Reinbert de Leeuw met solisten, in de Doelen. Het werk begint met een serie van 144 identieke fortissimo-klappen. Wel in een varierend empo, wat me voor een dirigent en orkest nog een hele opgave lijkt. Als je erover leest is het werk bijna topzwaar van de erudietie maar als opera(?) is het ook zonder al die achtergrond zeer genietbaar. Mooie teksten, fascinerende muziek en ondanks de cerebrale achtergrond komt de muziek vaak los van zijn context. Een redelijk volle zaal klapte de handen rood voor koor, orkest en aanwezige componist die zijn werk niet vaak ziet uitgevoerd.
Hier staat een cursus opera voor beginners: http://noviafacts.digi-magazine.nl/luxor/magazine.html

Bowling
In het kader van de Operadagen maakte het RO-theater een voorstelling die je met enige fantasie wel met opera kunt associeren maar die vooral erg origineel was. Een verteller/zanger, 2 musici en een man en een vrouw. Het speelt zich af in een bowlingbaan, met weinig tekst en veel muziek en een nogal absurde 'verhaallijn'. Volgens de recensent van de Volkskrant was het "eigenzinnig, lekker gek en swingend". En dat zag de Volkskrant wel goed. De makers gaven aan dat er muzikale inspiratiebronnen waren als Rufus Wainwright, LCD Soundsystem, Björk en Serge Gainsbourg. Maar ook Mozart, Stockhausen, Duke Ellington en Ennio Morricone waren nooit ver weg, zo zeiden ze. Persoonlijk vond ik het vooral lekker dramatische Britpop en een vleug Steppenwoolf met Born to be wild.
Kleine voorstelling zoals ze ook op de Parade wel eens staan, maar erg de moeite waard. Nog even in Rotterdam te zien.