maandag 2 juni 2008

Opera in Rotterdam

Het was me even ontgaan maar Rotterdam had afgelopen week echte operadagen 2008. Het was al de derde keer maar in een stad waar we soms leiden aan een embarras du choix van cultuur en we zoals bekend enorm hard werken, mist een mens wel eens wat.
Toch nog 2 voorstellingen kunnen meepakken, beide niet erg traditioneel maar op hun eigen manier interessant en spannend.

De Materie
Op donderdag 29 mei zag ik een groot werk van Louis Andriessen. Nadat we in september als bij De Tijd waren geweest doken we nu in de Materie. De Materie is een uiterst complex, niet vaak uitgevoerd werk. De Tijd en De Materie behoren tot het grote oeuvre van Andriessen. Uitgevoerd door het Asko / Schonbergensemble onder Reinbert de Leeuw met solisten, in de Doelen. Het werk begint met een serie van 144 identieke fortissimo-klappen. Wel in een varierend empo, wat me voor een dirigent en orkest nog een hele opgave lijkt. Als je erover leest is het werk bijna topzwaar van de erudietie maar als opera(?) is het ook zonder al die achtergrond zeer genietbaar. Mooie teksten, fascinerende muziek en ondanks de cerebrale achtergrond komt de muziek vaak los van zijn context. Een redelijk volle zaal klapte de handen rood voor koor, orkest en aanwezige componist die zijn werk niet vaak ziet uitgevoerd.
Hier staat een cursus opera voor beginners: http://noviafacts.digi-magazine.nl/luxor/magazine.html

Bowling
In het kader van de Operadagen maakte het RO-theater een voorstelling die je met enige fantasie wel met opera kunt associeren maar die vooral erg origineel was. Een verteller/zanger, 2 musici en een man en een vrouw. Het speelt zich af in een bowlingbaan, met weinig tekst en veel muziek en een nogal absurde 'verhaallijn'. Volgens de recensent van de Volkskrant was het "eigenzinnig, lekker gek en swingend". En dat zag de Volkskrant wel goed. De makers gaven aan dat er muzikale inspiratiebronnen waren als Rufus Wainwright, LCD Soundsystem, Björk en Serge Gainsbourg. Maar ook Mozart, Stockhausen, Duke Ellington en Ennio Morricone waren nooit ver weg, zo zeiden ze. Persoonlijk vond ik het vooral lekker dramatische Britpop en een vleug Steppenwoolf met Born to be wild.
Kleine voorstelling zoals ze ook op de Parade wel eens staan, maar erg de moeite waard. Nog even in Rotterdam te zien.