zondag 30 oktober 2011

Don Giovanni: Nothing new

Er is in de operawereld vaak discussie over de vraag hoever een regisseur mag gaan in het interpreteren van een bestaande, doorgaans al oude opera. Het vaste argument van de mensen die verhaal en muziek zo goed mogelijk willen zien weergegeven is de vergelijking met een oud schilderij. 'Je gaat van de Nachtwacht ook geen stukjes afhalen of het ondersteboven hangen'. In die opvatting moet een opera zo goed mogelijk uitgevoerd worden op de manier waarop hij door de componist van muziek en door de librettist van tekst werd voorzien.
Je kunt ook anders kijken. Een van de wat mij betreft bepalende factoren in het kijken naar oude opera's is het thema context. Net als bij de Nachtwacht maakt het uit in wat voor omgeving of context het kunstwerk zich bevindt. We kunnen ons verdiepen in de toen geldende verhoudingen waaronder al die heren zijn afgebeeld op Rembrandts schilderij.
Een nog veel simpeler gegeven is het feit dat we naar oudere kunst kijken met de ogen van vandaag. Waar Mozart en Daponte hun Don Giovanni als een momentopname maakten van geldende, of juist omstreden normen, kijken we nu naar wat ervoor en erna gebeurde. Moraal ontwikkelt zich, en dat kan je meenemen in bijvoorbeeld een operaregie.
Er is al veel geschreven en gezegd over de betekenis van een opera als Don Giovanni. Over de Don, maar ook over de levens en posities van Donna Elvira en Donna Anna is veel te lezen. En onvermijdelijk is de relatie tussen Don Giovanni en zijn knecht Leporello onderwerp van speculatie en interpretatie over de seksuele lading daarvan.
In de serie 'Live in HD', waarbij we de zaterdagmiddagmatinee van the Metropolitan Opera in New York live kunnen meemaken in een Nederlandse bioscoop, was de klassieke Mozart-opera Don Giovanni aan de beurt.
De Engelse regisseur Michael Grandage heeft veel ervaring bij het grote toneel in Groot-Brittannië, maar regisseerde ook musicals, zoals Evita die een paar jaar geleden in het Londens Adelphi Theatre stond.
Zijn versie van Don Giovanni had wel iets musical-achtigs, met vlotte acties, een hoog tempo en veel beweging op het podium. Helaas kon ik vrijwel niks ontdekken aan interpretatie, analyse of een poging de opera nieuw licht te geven. Gelukkig hoefde ik het meest venijnige oordeel -naast alle positieve kanten- niet zelf te vellen. Mariusz Kwiecien, die de hoofdrol zong, was wellicht wat al te eerlijk toen hij in de pauze in een gesprekje met Renée Fleming moest samenvatten wat deze productie was. 'Nothing new'. Dat was het, mooi en goed gedaan, maar als je als regisseur de kwaliteiten, de sterren en het budget van de Met tot je beschikking krijgt, dan mag je er wel wat meer van maken.
Hieronder een interview met enkele castleden uit een eerdere 'Live in HD'- uitzending:


De recensie van Don Giovanni in de Metropolitan Opera in New York staat op Place de l'Opera.

.

woensdag 19 oktober 2011

Lyrische Air bij Koopman

Het Amsterdam Baroque Orchestra van Ton Koopman toert door Nederland met een geheel instrumentaal programma. Koopman reist overigens ook de komende weken nog naar New York, Montreal, Cleveland en oh ja, Barneveld. Ook een musicus van serieuze snit als de Bach- en Buxtehudespecialist heeft tegenwoordig een leven vol luchthavens, snelle verplaatsingen en hotels.
Het nieuwe programma heeft als motto 'Air' en het is een laagdrempelige, brede programmering die eindigt bij de oude Bach, begint met Bach-zoon Carl Philip Emanuel en via Haydn en Locatelli een reisje maakt door de muziek van de achttiende eeuw.
De tour opende afgelopen dinsdag en dankzij de Avro zaten we goed, behoorlijk vooraan, met zicht op het orkest en de dirigent, die vanachter zijn clavecimbel en orgel de muziek dirigeerde.
Het klonk heel goed allemaal, niet met het grote avontuur, maar er is denk ik niemand die zo goed de muziek van Bach en diens tijdgenoten heeft bestudeerd als Koopman. De twee Sinfonias van Bachzoon Carl klonken voor de pauze, met een orgelconcert van Haydn, gespeeld op een klein orgel. Locatelli, waarmee het concert na de pauze opende, was mooi en te kort, dat had nog wel langer mogen duren. De delen lopen in de uitvoeringen van het ABO nog al eens in elkaar over en dan is het voorbij voor je het weet. Het concert eindigde met de derde orkestsuite van Bach, waarin veel kleuren en vormen zitten, in elk geval een heleboel dansen, inclusief de beroemde Air, die de naam werd van het programma. En die me deed denken aan een heel ver verleden, toen 'Ekseption' als popgroep klassieke muziek bewerkte, tot groot ongenoegen van de liefhebbers. In retrospectief wat dat eigenlijk een bijzondere innovatie in de pop. Hieronder eerst een Koopman-versie van het deel uit Bachs derde orkestsuite:

Ekseption had hoorbaar moeite met de eerste maten, waardoor het nummer nogal plompverloren begint, maar deed een dappere poging de muziek van Bach te 'moderniseren':


zondag 16 oktober 2011

Jazz in de stad

Een druk bezocht Italiaans restaurant, downtown, dat op zondagmiddag jazz programmeert. De solisten spelen een 'tribute to Chet Baker and Gerry Mulligan' en het swingt als de hel. Dat klinkt naar New York, maar het was gewoon Rotterdam. De hele maand oktober zijn er op zondagmiddag jazz-optredens in Gusto.
Het eerste concert in de serie was een eerbetoon aan Baker en Mulligan, waarbij de blazers, trompettist Alphonso Makovec en saxofonist Ruud Bergamin, heel dichtbij de sfeer en de muziek kwamen van de beide jazzlegendes. In het tegenlicht van de felle zondagmiddagzon klonk het prachtig.
De setting was zo klein dat drummer Julius Schulz en de blazers onversterkt konden spelen. De bas van Dan Simon en het keyboard van Wim Warman deden het met een versterker en al die instrumenten mengden prima. Muzikaal en sfeervol hoogtepunt was 'Moonlight in Vermont', waar het - zo kon de trompettist uit ervaring melden- nu prachtig bruin kleurt van de herfstbladeren.
Wordt vervolgd met onder andere een rebirth van de 'Rebirth of the cool' van Miles Davis.

zaterdag 15 oktober 2011

The Met op The Schouwburgplein

Het blijft in al zijn eenvoud een briljant idee: elf maal dit seizoen staan er HD-camera's in The Metropolitan Opera in Lincoln Center in New York. Altijd bij de matinee van zaterdagmiddag, die al sinds 1936 live op de radio wordt uitgezonden. Dankzij Bloomberg en de Neubauer Family Foundation, die de sponsoring doen, zijn er wereldwijd 1800 bioscopen die de voorstelling vertonen, op zaterdagochtend, middag of avond, al naar gelang de time zone.
Op de eerste avond van het nieuwe seizoen stond Anna Bolena van Donizetti op het programma, te zien in de Pathé Schouwburgplein. Donizetti schreef daarmee zijn zoveelste opera, het duurde nogal lang voor de man echt succes kreeg.
De grote ster van de Met-voorstelling was Anna Netrebko, die afgelopen april het publiek in Wenen al volkomen gek kreeg met haar Anna Bolena, vooral met de waanzinsaria uit het laatste deel. Er werd grotendeels mooi gezongen, natuurlijk door Netrebko die een fascinerend gemak heeft bij het zingen van die onwaarschijnlijk moeilijke passages.
Wat me nogal tegenviel was de regie van David McVicar. Het verhaal werd weinig aansprekend verteld, sleepte zich voort en de enscenering hing aan elkaar van clichés. Gek genoeg was de laatste scene wel raak. Zouden ze bij gebrek aan tijd of geld alleen daar werk van hebben gemaakt, vroeg ik me even af. In elk geval was in dat laatsthe half uur alles wel goed: cameraregie, het licht, geluid, het koor, de solisten, het kreeg ineens alllemaal samenhang en het werd ineens een echte voorstellling.
De presentatie van het speciale 'Live in HD'-programma werd gedaan door Renée Fleming, al mocht directeur Peter Gelb openen met een gesprekje in de kleedkamer met de grote ster, Anna Netrebko.
De dia's en trailers van de komende producties dit seizoen maakten erg nieuwsgieirig, zeker naar de twee Wagner-opera's, de delen 3 en 4 van de Ringcyclus. En volgende keer Don Giovanni, met als Leporello de Italiaan Luca Pisaroni, die ik onlangs in Amsterdam bijna een hand heb gegeven.
De recensie van Anna B. en Anna N. staat hier op Place de l'Opera.




vrijdag 14 oktober 2011

Habemus een zeventje

Een eerdere film van regisseur Nanni Moretti staat me nog enigszins voor de geest: een man die op zijn brommer door Rome toert. Dateert uit 1993 en dus niet meer scherp op het netvlies. 'Caro Diario' was een mooie film. Moretti is niet alleen regisseur, hij speelde in een aantal films, waaronder 'Caos Calmo' van een paar jaar geleden.
Hij heeft een nieuwe film uit en die is veelbelovend: er overlijdt een paus, het college van kardinalen komt bijeen in het Vaticaan om een nieuwe prelaat te kiezen. Onvoorziene problemen ontstaan als de gekozen paus ineens aan faalangst lijdt en niet durft. Het balkon blijft leeg, de gelovigen op het St Pietersplein hebben wel de witte rook gezien en een oude kardinaal heeft het 'habemus papam' al voor de stad en het land uitgesproken. De nieuwe paus, een bijzondere rol van Michel Picolli, durft niet. Er wordt in paniek een 'psycho-analyticus' bij gehaald. Die term valt een paar keer, het lijkt me een wat merkwaardige verwisseling met een 'psycho-therapeut'. De behandeling slaat niet erg aan en op een bepaald moment neemt de versgekozen paus de benen en gaat Rome in.
Het verhaal is absoluut origineel, jammer dat het tegen het einde erg inzakt en de vondsten kennelijk op waren. Dat maakt de film achteraf toch niet meer dan een zeventje waard, hoe leuk de basis ook is.
Blijft de kleurrijke manier waarop het leven in het Vaticaan tijdens de geheime verkiezingen is gefilmd, schijnbaar op locatie, de bijzondere rol van acteur Picolli en de muziek van Mercedes Sosa en van Arvo Pärt.

donderdag 13 oktober 2011

Masterclass door Frans Brüggen

Dit seizoen in de Doelen wordt er, al dan niet gepland, een Frans Brüggen-jaar gevierd, dat samenvalt met het 30-jarig jubileum van het Orkest van de Achttiende Eeuw. Afgelopen weken nam het orkest in de Doelen tijdens een aantal concerten de symfonie-cyclus van Beethoven op. Binnenkort komt het orkest met Mozarts Die Entführung aus dem Serail in een semi-concertante, de premiere is in Rotterdam. Komend voorjaar zal het ensemble de Johannes Passion van Bach uitvoeren.
Het was een prima idee dat tijdens de Beethoven-week het publiek de kans kreeg een masterclass bij te wonen. Op vrijdag had het orkest de hele dag correcties opgenomen voor de cd-serie. Foute inzetten, hoesten of vallende strijkstokken worden bij de eindmix vervangen door kleine stukjes die dan opnieuw zijn opgenomen.
Aan het eind van een lange dag deden de musici en Bruggen duidelijk vermoeid hun best om er wat van te maken. Eerst wilde Isabelle Faust voor het concert (Beethoven vioolconcert) inspelen. Interessant om te horen hoe het gaat als een solist ontspoort en delen opnieuw moeten worden ingezet. Dat hoor je niet op het echte concert.
Daarna mochten twee jonge directie-studenten op het orkest oefenen. Bruggen zat aan de zijkant en keek kritisch. Af en toe legde hij de boel stil om iets uit te leggen, over de intenties van de componist en de keuze van de accenten door de jonge dirigenten. Op enig moment gingen de eerste violen in de fout. De student-dirigent tikte af, begon opnieuw, maar toen greep Brüggen in. 'Als een strijkersgroep ontspoort en je moet opnieuw beginnen, dan kijk je ze daarbij indringend aan, om goed te laten zien dat je ze in de gaten houdt'.
Een interessant, soms bijna ontluisterend kijkje in de keuken van een orkest dat op het podium nauwelijks hoorbare missers maakt, maar dat daar hard voor werkt.



dinsdag 11 oktober 2011

Het Beethoven-project van Frans Brüggen

'Is er wat op tv vanavond?', had ze gevraagd. 'Ik kijk wel even. He, gatverdamme, een debat over uw toekomst.' 'Oh nee, niet weer', had ze geroepen.
'Ik bel wel even met Sieuwert', had de hofdame beloofd, 'dan laten we de tv uit en ga je lekker naar de Doelen'. 'Goed idee, zo'n debat over Mijn toekomst met allemaal crypto-republikeinen kan me echt gestolen worden. Ik ga me even omkleden. Wat zal ik aandoen?'.
Zo zou het gegaan kunnen zijn. In elk geval zat ze schijnbaar onbeveiligd en heel informeel tussen directeur Oostvogel van de Doelen en directeur Sieuwert Verster van het Orkest van de Achttiende Eeuw. De majesteit was bij de derde avond van de cyclus van vijf, waarin alle symfonieën van Beethoven voor een cd-box werden vastgelegd. Voor de derde maal in zijn loopbaan wil Frans Brüggen het symfonische werk van Beethoven vastleggen, deze keer tijdens live concerten.
Omdat bij Beethoven de oneven symfonieën een meer revolutionair karakter hebben dan de even, koos Brüggen ervoor de volgorde om te draaien. We kregen in een bijna hoestvrije Doelen eerst de zesde, de 'Pastorale' te horen en na de pauze de Vijfde. Die laatste is een flink stuk opwindender. Bruggen heeft er een missie van gemaakt te stimuleren dat dirigenten niet de uitgave van Breitkopf & Härtel gebruiken, want die zit volgens de maestro vol fouten. Sinds 2000 is er een geredigeerde versie van de partituren.
Het orkest speelt op oude instrumenten volgens een stijl die verwijst naar hoe het in Beethovens tijd geklonken moet hebben. Zonder vibrato, met authentieke hoorns en houten fluiten.
Die transparantie leidt ertoe dat de iets te vaak gehoorde en in het muzikaal geheugen wat sleetse muziek een ongekende frisheid en spanning krijgt. De beroemde 'karate'-achtige dirigeerstijl van Brüggen, die als 76-jarige moeilijk loopt en zittend dirigeert, zorgt voor een aangenaam tempo en tot het ontbreken van wolligheid.
Als ik meer fan van Beethoven was geweest, had ik de hele cyclus wel willen horen. Met deze knisperende uitvoeringen is dat bepaald een genoegen. Over een half jaar komt de box met alle opnamen uit.



zondag 9 oktober 2011

Architecture Film Festival Rotterdam 2011

Nog nooit geweest, en toch was het al de zesde editie: Het Architecture Film Festival Rotterdam. Het vond afgelopen dagen plaats in wat je gerust één van de architectonische hotspots kunt noemen: de Wilhelminapier op de Rotterdamse Kop van Zuid, in LantarenVenster. Het theatercomplex voor jazz en arthouse film verhuisde een klein jaar geleden naar de onderste etages van New Orleans, de hoogte woontoren van Nederland.
Het tweejaarlijkse festival legt een verbinding tussen filmkunst en architectuur. Het leidde tot drukte en hektiek in de hal van LantarenVenster, van donderdag 6 tot zondag 9 oktober Er was een kleine tv-studio, boekenverkoop door het NAI en veel film, makers en kijkers.
Meer dan twee films zien lukte me niet, maar het waren wel twee prima keuzes, zo bleek.
'Medianeras' beleefde zijn avant-premiere op het AFFR. De film vertelt het verhaal van twee eenzame zielen in Buenos Aires. Een stad die - zo vertelt de voice-over in de introductie- uit zijn voegen barst en waar achter grote gebouwen met kleine appartementen nog grotere gebouwen met nog kleinere appartementen gebouwd worden.
Hoe de hoofdfiguren Martin en Marina in die metropool leven, elkaar bijna ontmoeten en uiteindelijk bijna niet of bijna wel met elkaar in contact komen, dat toont de film in een dynamische, met veel grappen gevulde vertelling.
Cinemien brengt de film van Gustavo Taretto vanaf eind oktober in de Nederlandse zalen. Een aanrader.

In een geheel ander tempo voltrekt de film 'Antwerp Central' zich. Acteur Johan Leysen wandelt door het station van Antwerpen, het gebouw dat heel ingrijpend gerestaureerd, uitgebreid en gerenoveerd is. De film neemt je mee op een tocht door de Stationskathedraal zoals de Antwerpenaren het gebouw noemen.
De film is een poëtische reis door de tijd, van de eerste spoorwegen in België tot de ondergrondse Thalys die nu Antwerpen doorkruist. Voor liefhebbers van het gebouw - waar ik mezelf toe reken - is het een mooie uitbreiding van hun eigen waarnemingen bij het dwalen door het station, inclusief oude foto's en treinen.
De teksten van Leysen zijn afkomstig uit het boek 'Austerlitz' van de de Engelse schrijver Sebald. Die teksten zijn soms wat gezwollen en intellectualistisch, maar als je daar doorheen luistert blijft er een uniek filmisch beeld over van een van de mooiste gebouwen die ik ken. De muziek, deels bestaand en deels speciaal geschreven door Walter Hus, geeft een extra laag aan de film.




zondag 2 oktober 2011

Perfecte Pina

Van sommige dingen herinner je je later waar je ze voor het eerst gezien hebt. Je valt ergens in, op de radio, tv of elders en wat je ziet maakt meteen zoveel indruk dat het geen enkele moeite kost om het te onthouden. Ik had dat ooit op een winterse vrijdagmiddag, op de radio, met Rachmaninoff's 'Trio Elegiaque No.2 in D mineur'. Het duurde bijna drie kwartier en al die tijd bleven twee zaken spannend: de muziek én de vraag of het zou worden afgekondigd. Die afkondiging was er, en een dag later had ik de cd met de opname door het Beaux Arts Trio in huis.
Het gebeurde ook een keer in het Stedelijk Museum in Amsterdam, in een installatie van Ilya en Emilia Kabakov. Die toonde de werkelijkheid van de bureaucratie in het Rusland van de jaren '60 en was beklemmend in zijn echtheid.
Het was ergens eind jaren '80, het was een uitzending in het kader van het Holland Festival en het was in Carré. Het ensemble van Pina Bausch, het Tanztheater Pina Bausch bracht het werk 'Café Müller' en dat was zo aangrijpend en fascinerend dat ik het altijd onthouden heb.
'Café Müller' komt gelukkig uitgebreid aan bod in de film 'Pina' die Wim Wenders maakte over het werk van de Duitse choreografe. Uit de paar uitgesproken zinnen komen we in die documentaire - als je het zo kan noemen- te weten dat Bausch een charismatisch leidster was, die niet veel zei. Naast Café Müller zijn er ook fragmenten te zien uit 'Kontakthof', en uit een aantal andere producties van Bausch en haar dansers.
Wim Wenders laat in de film, niet over maar volgens het affiche 'pour' Pina Bausch, een aantal dansers zien, die solo een fragment van Bausch dansen tegen het decor van de stad Wuppertal, met zijn karakteristieke zweeftrein.
Het ensemble-stuk, dat bijna letterlijk als een rode draad door de film loopt, is fascinerend: de dansers, in avondkleding - zoals vrijwel altijd bij Bausch- beelden de jaargetijden uit.
Het schijnbaar terloopse van hun bewegingen over het podium, door het theater en door het landschap, geeft de uitvoering een extra grote impact.
De film is in 3D. Er valt ook goed te leven zonder die techniek, maar het maakt in dit geval de kijkervaring nog intensiever.