Dat ik geen uitgesproken fan ben van het Eurovisie Songfestival wil nog niet zeggen dat ik het helemaal niks vind. Er zijn door de jaren merkwaardige, mallotige maar ook hele leuke liedjes gemaakt voor dit festival en in al zijn eenvoud is het concept nog altijd sterk: Europese landen kiezen in eigen land het leukste liedje dat ze kunnen produceren en daarna ze doen wedstrijdje wie het leukste liedje van heel Europa heeft.
Voor de tweede keer op rij was ik 'crew-member' bij 'Eurovision in Concert', de aankeiler van het festival die dit jaar in Zaandam gehouden werd. Behalve veel drukte met het in en uit bussen en taxi's krijgen van delegaties en andere uitvoerende klussen, had ik ook wel tijd om te zien wat de verschillende landen allemaal in stelling brengen voor Oslo, eind mei.
[Nokiapic (C)ois]
Mijn favoriet voor de finale is Albanie, omdat zangeres Juliana Pasha een aardige meid is, ze goed kan zingen en ze een lekker klassiek Eurovisieliedje neerzet. Dit is haar optreden tijdens Eurovision in Concert.
De Belgische inzending is voormalig X-factordeelnemer Tom Dice, die met een serieus, zelf geschreven singer/songwriter liedje een nogal kwetsbare act heeft. Doodkalme jongen die deze week zijn eigen album 'Teardrops' uitbrengt in Belgie.[Nokiapic (C)ois]
Diep in de nacht zat ik met een wonderlijke combinatie in de bar van het hotel waar 'Eurovision in concert' neerstreek afgelopen week. Aan een tafel met de Engelse vertegewoordiger Josh, een 19-jarige post-puber uit Engeland en met Jon Lillygreen, een Welshman die voor Cyprus uitkomt. Josh zat aan de cola en ik legde hem uit wat hij kon verwachten die volgende middag bij zijn optreden in 'Life for You' van Rtl 4. Ook aan tafel dus Jon Lillygreen met voor zich 2 halve liters bier, die moeiteloos naar binnen gingen, slechts onderbroken voor zeer geestige foute grappen. De sfeer was melig. Hieronder een clip van de repetitie in de Lexion in Zaandam
Niet veel glamour achter de schermen, waar een dag van een kandidaat voor het Songfestival vooral bestaat uit wachten, repeteren, reizen en vooral veel pers. Die ook allemaal willen dat je even je liedje doet. InCulto, de Litouwse inzending van een wat ongeregeld stel jongens, heeft iets straatmuziek-achtigs en klonk tijdens de ochtend al een keer of 5 live door het Intell-hotel.[Nokiapic (C)ois]
maandag 26 april 2010
zondag 18 april 2010
Klassiek klassiek in het Concertgebouw
Na alle Bach, toneel, musical, opera en jazz was ik ineens toe aan een ouderwets concert in een nette zaal met beschaafd klassiek repertoire door een groot orkest, met graag enige bombast, romantiek en pathos. Zo kwam ik op een zonnige zaterdagmiddag in april in het Concertgebouw in Amsterdam terecht. De Zaterdagmatinee bood een geheel Russisch programma, met het Nederlandse Radio Filharmonisch Orkest dat onder leiding van gast-dirigent Vasily Petrenko stond. Petrenko, nog geen 35 geleden geboren in St. Petersburg, is een dirigent met een aardige staat van dienst. Tegenwoordig staat hij als chef voor het Royal Liverpool Philharmonic Orchestra en hij was al een aantal keer in Nederland te horen bij de Nationale Reisopera.Het eerste werk wan een Nederlandse premiere, Wings of the Wind, van de Russische componiste Victoria Borisova-Ollas. Ze woont in Zweden en heeft dus Russische roots maar, zo lazen we het in het programmaboekje: 'haar klantaal is niet specifiek Russisch(..) bij weinig westerse componisten hoor je zo'n bereidheid om beelden of literaire indrukken in klank te vertalen, zondat dat er een opzichtige systematiek aan te pas komt.'
We deden ons best en we hoorden ook niet echt een opzichtige systematiek, maar vooral welluidende, spannende muziek met soms stevige accenten, erg veel percussie en klanken van de wind.
In een ver verleden was ik bestuursvoorzitter van een gezelschap dat moderne muziek uitvoerde. Er werden vaak afspraken gemaakt met componisten die in opdracht werkten en meer dan eens deden we ons best een componist af te houden van het schrijven van partijen voor grote trommen, pauken en ander muziekgerei. Om heel prozaische redenen -de kosten van de huur van die instrumenten- hoopten we dat de componist genegen zou zijn zich te beperken tot het instrumentarium dat al aanwezig was, zoals piano, klarinet en cello. Een paar ferme tikken op een pauk konden per concert al extra kosten van een paar honderd euro opleveren.
Bij het Radio Filharmonisch mocht het wat kosten, er stond een flinke batterij slaginstrumenten op het podium.
Rachmaninov's Tweede pianoconcert werd gespeeld door de Rus Denis Matsuev. Hij is sterk betrokken bij het werk van de Rachmaninov Foundation, die het werk van de componist beheert. Je kon zien en horen dat hij het werk goed beheerste. Het concert kent een spannend begin waarin de pianist een aantal maten speelt voor dat het orkest inzet. Die maten stonden meteen goed en met een prettig soort vanzelfsprekendheid klonk dit uiterst romantische -of is het mierzoete- werk, waaruit popmusicus Eric Carmen zo ruim citeerde voor zijn hit 'All by myself'.
De kwalificatie is even juist als saai: mooi.
Na de pauze was er Prokofjevs Vijfde symfonie. Een behoorlijk recent werk, dat in 1945 onder de componist als dirigent in premiere ging. Hij wilde er 'de vrije, gelukkige mens' in bezingen, met al diens kracht, zuiverheid en ruimhartigheid. Resultaat was een nogal ondubbelzinnig werk, met grote kracht en stevige accenten, dat door het Concertgebouw gierde en donderde. Bijna alle delen werden besloten met een staand einde dat een enorme kracht gaf aan het werk.
We hadden in het café kunnen zitten, we hadden zelfs een gevecht om een terrasstoel kunnen aangaan, maar we waren deze middag in het Concertgebouw en we waren er tevreden mee.
We deden ons best en we hoorden ook niet echt een opzichtige systematiek, maar vooral welluidende, spannende muziek met soms stevige accenten, erg veel percussie en klanken van de wind.
In een ver verleden was ik bestuursvoorzitter van een gezelschap dat moderne muziek uitvoerde. Er werden vaak afspraken gemaakt met componisten die in opdracht werkten en meer dan eens deden we ons best een componist af te houden van het schrijven van partijen voor grote trommen, pauken en ander muziekgerei. Om heel prozaische redenen -de kosten van de huur van die instrumenten- hoopten we dat de componist genegen zou zijn zich te beperken tot het instrumentarium dat al aanwezig was, zoals piano, klarinet en cello. Een paar ferme tikken op een pauk konden per concert al extra kosten van een paar honderd euro opleveren.
Bij het Radio Filharmonisch mocht het wat kosten, er stond een flinke batterij slaginstrumenten op het podium.
Rachmaninov's Tweede pianoconcert werd gespeeld door de Rus Denis Matsuev. Hij is sterk betrokken bij het werk van de Rachmaninov Foundation, die het werk van de componist beheert. Je kon zien en horen dat hij het werk goed beheerste. Het concert kent een spannend begin waarin de pianist een aantal maten speelt voor dat het orkest inzet. Die maten stonden meteen goed en met een prettig soort vanzelfsprekendheid klonk dit uiterst romantische -of is het mierzoete- werk, waaruit popmusicus Eric Carmen zo ruim citeerde voor zijn hit 'All by myself'.
De kwalificatie is even juist als saai: mooi.
Na de pauze was er Prokofjevs Vijfde symfonie. Een behoorlijk recent werk, dat in 1945 onder de componist als dirigent in premiere ging. Hij wilde er 'de vrije, gelukkige mens' in bezingen, met al diens kracht, zuiverheid en ruimhartigheid. Resultaat was een nogal ondubbelzinnig werk, met grote kracht en stevige accenten, dat door het Concertgebouw gierde en donderde. Bijna alle delen werden besloten met een staand einde dat een enorme kracht gaf aan het werk.
We hadden in het café kunnen zitten, we hadden zelfs een gevecht om een terrasstoel kunnen aangaan, maar we waren deze middag in het Concertgebouw en we waren er tevreden mee.
donderdag 15 april 2010
Muzikaal verhaal: Het feest
Het was nog best spannend, afgelopen zondagmiddag in de Doelen. Het leek een gewoon concert, met een volle zaal, het Rotterdamse Philharmonisch op het podium en mooi licht vanuit het plafond. Boven het orkest hing een megagroot videoscherm.
Maar beneden in de hal vertelden musici over hun instrumenten en je kon zelf een schild of een zwaard maken in de knutselhoek. Dat is heus niet altijd.
De koffie stond klaar en ik dacht er heel veel glazen rosé naast stonden maar dat bleek ranja.
De zaal zat vol mensen en kinderen van alle leeftijden. Het werd donker, het werd maar een klein beetje stiller en er kwam een meneer op die voor het orkest ging staan en een mevrouw die in een hele grote stoel ging zitten. Die stoel leek wel een troon.
De mevrouw begon te vertellen over Lars, zoon van de koning, die zich verveelde en graag een echt ridderfeest wilde organseren, met échte ridders en zwaarden. Ze praatte eerst een beetje vlug maar later ging ze iets langzamer vertellen. Als ze voorlas dat bijvoorbeeld de koning in het verhaal iets zei, dan deed ze raar met haar stem en was het nét of je de koning zelf hoorde. Ze kon heel mooi vertellen en we zaten al snel helemaal in het verhaal. Dat Lars op de boot naar Amerika ging om daar koning Arthur te vragen of hij op zijn ridderfeest wilde komen, dat zagen we zo gebeuren. Af en toe ging het licht dat op de mevrouw stond uit, en begon het orkest ineens te spelen. Op het scherm zagen we filmpjes van het verhaal en soms zag je de orkestleden van dichtbij.
In het verhaal ging op een bepaald moment het ridderfeest echt beginnen en toen droegen alle orkestleden ineens mooie gouden kronen.
Dat het nog een heel gedoe was, dat ridderfeest met échte ridders en échte zwaarden en een draak die vuurspuwde, nou dat was ons wel duidelijk geworden door het verhaal van de mevrouw in de stoel.
De muziek aan het einde klonk heel erg feestelijk. Ik kende die muziek niet, maar S. die mee was zei dat het muziek was van Assepoester, en dat ze een dvd had daarvan. Handig om tien-jarigen die er echt verstand van hebben, bij zoiets in de buurt te hebben.
S., die met broer en zus, haar ouders en ik in die bomvolle Doelenzaal zat, was al vaker naar zo'n concert als dit gweest. Toen ik vroeg hoe ze het vond, zei ze dat ze dit het állerleukste vond van álle dingen die ze in de Doelen gezien had. En je kon aan haar gezicht zien dat ze het meende.
Maar beneden in de hal vertelden musici over hun instrumenten en je kon zelf een schild of een zwaard maken in de knutselhoek. Dat is heus niet altijd.
De koffie stond klaar en ik dacht er heel veel glazen rosé naast stonden maar dat bleek ranja.
De zaal zat vol mensen en kinderen van alle leeftijden. Het werd donker, het werd maar een klein beetje stiller en er kwam een meneer op die voor het orkest ging staan en een mevrouw die in een hele grote stoel ging zitten. Die stoel leek wel een troon.
De mevrouw begon te vertellen over Lars, zoon van de koning, die zich verveelde en graag een echt ridderfeest wilde organseren, met échte ridders en zwaarden. Ze praatte eerst een beetje vlug maar later ging ze iets langzamer vertellen. Als ze voorlas dat bijvoorbeeld de koning in het verhaal iets zei, dan deed ze raar met haar stem en was het nét of je de koning zelf hoorde. Ze kon heel mooi vertellen en we zaten al snel helemaal in het verhaal. Dat Lars op de boot naar Amerika ging om daar koning Arthur te vragen of hij op zijn ridderfeest wilde komen, dat zagen we zo gebeuren. Af en toe ging het licht dat op de mevrouw stond uit, en begon het orkest ineens te spelen. Op het scherm zagen we filmpjes van het verhaal en soms zag je de orkestleden van dichtbij.
In het verhaal ging op een bepaald moment het ridderfeest echt beginnen en toen droegen alle orkestleden ineens mooie gouden kronen.
Dat het nog een heel gedoe was, dat ridderfeest met échte ridders en échte zwaarden en een draak die vuurspuwde, nou dat was ons wel duidelijk geworden door het verhaal van de mevrouw in de stoel.
De muziek aan het einde klonk heel erg feestelijk. Ik kende die muziek niet, maar S. die mee was zei dat het muziek was van Assepoester, en dat ze een dvd had daarvan. Handig om tien-jarigen die er echt verstand van hebben, bij zoiets in de buurt te hebben.
S., die met broer en zus, haar ouders en ik in die bomvolle Doelenzaal zat, was al vaker naar zo'n concert als dit gweest. Toen ik vroeg hoe ze het vond, zei ze dat ze dit het állerleukste vond van álle dingen die ze in de Doelen gezien had. En je kon aan haar gezicht zien dat ze het meende.
vrijdag 2 april 2010
Afkicken van Bach
Na de twee Mattheusen van de afgelopen weken was het nog niet op. Geheel in tegenstelling tot het idee van vasten en onthouden, roept de muziek die bij de passietijd hoort, een soort onmatigheid op. Bij de eerste tonen van Bach komt er een verder onschuldig virusje dat pas weer rond Pasen verdwijnt.
Toen er onvoorzien een avond vrij kwam en de Doelen die avond muziek van Bach in de aanbieding had, zat ik dan ook op een sjiek balkonnetje in de grote Doelenzaal. Mooie aanvulling op de Mattheus was de Joahnnes Passion, die Bach enkele jaren voor zijn Mattheus schreef. "
'Onze' Yannick, de dirigent van het Rotterdams Philharmonisch die Gergiev opvolgde, deed zijn versie met een klein bezet Philharmonisch en het Nederlands Kamerkoor. Eerlijk gezegd had ik ook wel heel graag de versie willen horen - eerder deze week- van het Orkest van de 18e Eeuw onder Frans Brüggen met o.a. Michale Chance en Thomas Oliemans.
Niet dat Yannick van de straat is als het om Bach gaat. Hij was 19 jaar toen hij in Montreal zijn eigen koor en barokorkest oprichtte voor het uitvoeren van de Johannes.
Maar helemaal enthousiast kon ik niet worden van het RPHO. In het eerste deel speelden ze nogal hard, waardoor de solisten overstemd werden. En je hoort het toch, als musici die gewend zijn het grote symfonische repertoire te spelen, barok moeten gaan doen. Het is interpretatie van een leek, maar het zag er naar uit dat vooral het Kamerkoor als een verlengstuk van de dirigent helemaal op zijn plek was. Nézet-Séguin danste, zwaaide en zong koor en orkest door het werk heen. Paul Agnew, de tenor, had het zwaar, met zoveel partijen te zingen. De muze van Haitink, zoals ze wel genoemd wordt, de mezzo Christianne Stotijn, deed de alt-partijen.
Minder dramatisch en minder het lijdensverhaal dan in de Mattheus, is de Johannes Passion muzikaal soms wat flitsender. Meer koor, een hoger tempo, minder statig dan het bekendste werk van Bach.
Volgend jaar gaat Ton Koopman, zo kondigde hij in een tv special op eerste Paasdag aan, de Johannes doen met zijn Amsterdam Baroque Orchestra. Ook wel weer iets om zeer naar uit te kijken.
Toen er onvoorzien een avond vrij kwam en de Doelen die avond muziek van Bach in de aanbieding had, zat ik dan ook op een sjiek balkonnetje in de grote Doelenzaal. Mooie aanvulling op de Mattheus was de Joahnnes Passion, die Bach enkele jaren voor zijn Mattheus schreef. "
'Onze' Yannick, de dirigent van het Rotterdams Philharmonisch die Gergiev opvolgde, deed zijn versie met een klein bezet Philharmonisch en het Nederlands Kamerkoor. Eerlijk gezegd had ik ook wel heel graag de versie willen horen - eerder deze week- van het Orkest van de 18e Eeuw onder Frans Brüggen met o.a. Michale Chance en Thomas Oliemans.
Niet dat Yannick van de straat is als het om Bach gaat. Hij was 19 jaar toen hij in Montreal zijn eigen koor en barokorkest oprichtte voor het uitvoeren van de Johannes.
Maar helemaal enthousiast kon ik niet worden van het RPHO. In het eerste deel speelden ze nogal hard, waardoor de solisten overstemd werden. En je hoort het toch, als musici die gewend zijn het grote symfonische repertoire te spelen, barok moeten gaan doen. Het is interpretatie van een leek, maar het zag er naar uit dat vooral het Kamerkoor als een verlengstuk van de dirigent helemaal op zijn plek was. Nézet-Séguin danste, zwaaide en zong koor en orkest door het werk heen. Paul Agnew, de tenor, had het zwaar, met zoveel partijen te zingen. De muze van Haitink, zoals ze wel genoemd wordt, de mezzo Christianne Stotijn, deed de alt-partijen.
Minder dramatisch en minder het lijdensverhaal dan in de Mattheus, is de Johannes Passion muzikaal soms wat flitsender. Meer koor, een hoger tempo, minder statig dan het bekendste werk van Bach.
Volgend jaar gaat Ton Koopman, zo kondigde hij in een tv special op eerste Paasdag aan, de Johannes doen met zijn Amsterdam Baroque Orchestra. Ook wel weer iets om zeer naar uit te kijken.
Abonneren op:
Posts (Atom)