donderdag 30 september 2010

Les vêpres Siciliennes in het Muziektheater

Er was al veel geknord door critici en bezoekers. De 'Grand Opera' waarmee de Nederlandse Opera het seizoen begon, was niet erg grande. De regisseur had de schandelijke ingeving gehad -zo vonden de criticasters- de ouverture naar het einde van de eerste acte te verplaatsen en er was gemor over de enscenering.
Met wat aangepaste, lage verwachtingen zaten we afgelopen woensdag in de zaal aan de Amstel. Twee van ons kwamen vaker bij de opera en een was helemaal nieuw. We hoopten dat de vuurdoop een beetje zou bevallen.
De eerste acte begon en het viel inderdaad niet mee. Het leek erop of de regisseur zijn decor aan de moderne dans had ontleend (nogal kaal&schraal) en de mise-en-scène aan modern toneel (ook nogal kaal&schraal). Het tempo lag laag en de emotie van het verhaal kwam nauwelijks de zaal binnen. Centraal staat in deze fase van het verhaal de ontdekking van de revolutionaire Siciliaan Henri dat de zo gehate Franse gouverneur Guy de Montfort zijn vader is. Die scènes waren buitengewoon nietszeggend en maakten nauwelijks indruk. Gouverneur de Montfort, een rol van Alejandro Marco-Buhrmester was redelijk geloofwaardig. Met zijn tegenspeler, tenor Burkhard Fritz, hadden we het minder getroffen. Geen jonge, stoere militair met wapperende donkere haren in wiens gitzwarte ogen de passie en strijd te lezen waren, maar een nogal corpulente zanger die tot overmaat van ramp gekleed leek door Clockhouse by C&A. Nou hoeft het niet allemaal Marc Jacobs by Marc Jacobs te zijn op het toneel maar dit was een ander, treurigmakend uiterste.
Hier en daar zag je de Grande opera wel terug in de massascènes met de Sicilianen aan de ene kant en de Franse bezetters aan de andere. Het orkest speelde fraai en met de zang zat het ook goed. De Nederlandse sopraan Barbara Haveman, die op een laat moment de rol van Hélène had overgenomen, deed dat met veel kwaliteit en overtuigingskracht.
Het was eigenlijk helemaal niet zo'n raar idee om de ouverture niet vooraan te zetten maar na de eerste acte. Op het brandscherm verscheen een projectie die verwees naar de jeugd van de hoofdfiguren van het verhaal. Het orkest kreeg daarmee wat meer aandacht voor de muziek van de ouverture, die ook nogal eens los wordt uitgevoerd in concertprogramma's omdat hij erg mooi is.
Terwijl het verhaal zich ontwikkelde, in de richting van een huwelijk tussen de soldaat en de gravin/hertogin, werd het allemaal beter.
Na de pauze zag Henri er beter uit, in pak. Natuurlijk is dat een idioot detail, maar het telt wél.
Het tempo werd wat hoger en ik raakte meer in het verhaal. Het drama kwam tot een climax in de slotscène, met het einde van de gouverneur.
In de trein naar huis dachten we aan gemiddeld een 7, met wat mij betreft de nuancering van een 7- voor deel 1 en 7,5 voor deel twee.
Maar een veelbelovende opening van het nieuwe seizoen van DNO, dat konden we er niet echt in zien.

____________________________
29 september 2010
Het Muziektheater Amsterdam
Les vêpres siciliennes
Giuseppe Verdi