Een bezoek aan Berlijn levert heel veel stof op voor een blog dat aan de kunsten gewijd is. Het was bijna 20 jaar geleden dat ik in Berlijn was, in december ’89 tijdens de euforische oudejaarsnacht net na de opening van de Muur en in zomer 1990 toen de eerste stappen na de Wende gezet waren.
Het 'oude’ Oost-Berlijn was nog volop vindbaar en voelbaar die eerste keren. Ik was benieuwd of dat nog zo was. Hoewel Berlijn een zeer moderne, swingende stad is, loop je toch voortdurend te zoeken naar sporen van het verleden. Aanduidingen waar de Muur eens was, straten en straatbeelden met een hoog DDR-gehalte en alle andere sporen van een markante geschiedenis.
Het zou mooi zijn als het Berlijn van de jaren ’30 nog te traceren zou zijn. Christopher Isherwood schreef er 'Mr Norris changes trains' en 'Goodbye to Berlin'. Zijn werk vormde de basis voor de film Cabaret. Hij woonde in het pension van Fraulein Schroeder in de Nollendorfstrasse. Zijn hospita noemde hem herr Ishywoo en deed niet moeilijk over zijn nachtelijke escapades met "Proletarianjungs". Het pension is er al lang niet meer. "Christopher and his Kind", is de autobiografie van Isherwood en mijn favoriete boek van Isherwood. Het is onder andere een heftige liefdesverklaring aan Berlijn en de vrijheid daar.
Er zijn nog wel stukjes ‘oud’ te vinden, zoals de moeizaam geconserveerde stukken van Grand Hotel Esplanade, die opgenomen zijn in het hypermoderne Sonycenter. In het hotel vierde Kaiser Wilhelm indertijd feestjes.
[pic: ©ois]
Hotel Adlon is vrij nauwkeurig herbouwd op de Pariserplatz, vlakbij de Brandburger Tor. Het heeft een lange historie van beroemdheden zoals Thomas Mann en Einstein. Tussen de 370 en 10.000 euro kost een nacht slapen, internet niet inbegrepen. Adlon, gebouwd in 1907, is in 1984 afgebroken onder DDR-regime en in ’97 na de Wende weer opgebouwd, vrijwel als kopie van het oude hotel. Het staat nu recht tegenover een van de symbolen van een moderne metropool...