zaterdag 11 september 2010

Gergiev Festival 2010: Het slot met 'Auferstehung'

Het zijn fraaie zinnen in de tekst van Mahler's Tweede symfonie:
Was entstanden ist, das must vergehen!
Was vergangen, auferstehen!
Hör auf, zu beben!
Bereite dich! Bereite dich, zu leben!


Aan het eind van een ruime week Gergiev Festival, dat onder het thema 'Resurrection-a story of Rotterdam' de verbinding maakte met de geschiedenis van Rotterdam, de verwoesting van de stad in 1940 en de wederopbouw, was er Mahler.
Een onderdeel van het programma draaide al eerder deze week om Mahler, toen Gergiev zelf Mahler 8 met het Mariinsky Orkest dirigeerde. Op een prikbord in de hal van de Doelen las ik de recensie van dat concert in de Telegraaf. De recensent veegde de vloer aan met Gergiev, die zijn gebrek aan affiniteit met Mahler overduidelijk had gedemonstreerd, vond de journalist. [foto Marco Borggreve]
Gergiev's opvolger, Yannick Nézet-Séguin, leidde het Philharmonisch in dit grote werk. Lang, en groot, alleen al in de bezetting. Voor het laatste deel bestond het koor uit 80 leden, en op het podium zat zo'n mens of 60 aan musici. Mahler schreef het grootste deel van dit werk in de zomer van 1893, in zijn 'Komponierhäuschen' dat hij in de tuin van zijn buiten in Steinbach liet bouwen. Eenmaal klaar was het nog wel een klus om aandacht te krijgen voor zijn werk. In december 1895 gaat de hele symfonie in premiere in Berlijn. Het is zo moeilijk de zaal vol te krijgen dat men de kaarten gratis op straat uitdeelt. De kritiek was gereserveerd, het publiek enthousiast.
'Auferstehung', zo heet het en zo klinkt het. Van een dodenmars in het eerste deel tot de apocalyps van het einde. Voor dat verhaal gebruikt Mahler alles wat het orkest kan bieden, van een triangel tot bulderende contrabassen, heldere sopranen en een soms bijna angstaanjagend koor.
Dirigent Yannick, die met Bach ooit begon, die Ravel naar de klassieke toptien dirigeerde en die triomfeerde met Puccini in Amsterdam, dóók bijna op deze symfonie. Zijn accent leek meer te liggen op tempo en het leggen van heldere lijnen dan op klankkleur. Het bleef voortdurend nodig je aandacht erbij te houden, er gebeurt van alles op het podium en als het Mahler beter uitkomt laat hij de hoorns off-stage spelen voor het effect.
Details die er toe doen, ze komen vaker voor in deze kolommen. Ditmaal was het de inbreng van het koor, dat bijna onopvallend zich mengt in de muziek. Het werkte extra doordat het koor niet ging staan maar zittend, bijna als verrassing, zijn partij inzette.
Mahler zal wel niet voorzien hebben, al componerend in zijn 'Komponierhäuschen', dat al een kleine eeuw alle grote dirigenten hun eigen 'Mahler-cyclus' uitvoeren en opnemen, en liefst niet één maar meerdere. Tegenwoordig geldt de serie die Chailly met het KCO voor Decca maakte als de norm.
De kenners moeten maar uitmaken of Yannick als 35-jarige toe is aan Mahler, en of hij er wat van maakte. Ik vond het mooi, en had voor deze keer geen enkele moeite met de staande ovatie die meteen na het slotaccoord (iets te snel) door de zaal donderde, een echt Mahler-applaus voor een Mahler symfonie.