'Pour ne pas vivre seul
On vit avec un chien
On vie avec des roses'
De zanger komt op, hij zingt het lied van Dalida, 'Pour ne pas vivre seul' en zet de toon voor de avond.
Yolanda Gigliotti had een dramatisch leven dat in stijl tot een einde kwam met een overdosis en een afscheidsbriefje 'pardonnez moi, la vie m'est insupportable' op 3 mei 1987, in haar huis op Montmartre. De zanger, Luuck Droste, was onlangs finalist op Concours de la Chanson dat de Alliance Française jaarlijks organiseert en dat bij eerdere edities o.a. Wende Snijders als winnares opleverde.
Luuck Droste werd gevraagd door Paul Haenen en Dammie van Geest om in hun Betty Asfalt Complex een avond te verzorgen over Dalida.
En daar stond hij, in het zwart, met een sjaal als frivool accent. Een artistiekige jongen, niet veel glamour, weinig show, met die sjaal die wel een verbinding lijkt tussen de serieuze, intellectuele kant van de docent Frans en de showbusiness waar hij deze avond even voor ons in dwaalt.
Hij neemt ons mee naar Egypte, waar Dalida nog gewoon Yolanda heet, waar ze besluit na het winnen van de titel 'Miss Egypte' om actrice te worden en op de dag voor kerst 1954 vertrekt naar Parijs. Daar begint haar leven als actrice maar vooral als zangeres.
Een wereldster die een ongekend aantal hoogtepunten en diepe dalen kende, die zichzelf een aantal keren opnieuw uitvond en die twee keer haar einde regisseerde. In de periode ervoor zong ze de liedjes die daarnaar verwezen.
Ik ben geen superfan van Dalida, heb geen posters aan de muur maar wel veel muziek in de collectie en een dvd met tv-clips. Op Montmartre ben ik wel eens langs haar huis gelopen. Of ben je dan toch fan?Dat ik deze avond in het Betty Asfalt Complex was, kwam voort uit nieuwsgierigheid naar de blonde diva en haar verhaal. Dat verhaal vertelde Luuck Droste met verve. Soms bouwde hij de spanning op, vertelde wat er in het leven van de ster gebeurde en waar dat toe leidde. Tot immense populariteit maar ook tot drama en verlies. Haar grote liefde Luigi Tenco die na zijn nederlaag op het San Remo-festival een eind aan zijn leven maakt, net als twee andere grote liefdes van Dalida. Bij alle periodes in haar leven was er beeldmateriaal, videoclips en soms aangrijpende gesprekken in tv-interviews.
Luuck Droste vertelde hoe zijn fascinatie voor Dalida ontstond, hoe hij wonend in Parijs op de grote tentoonstelling over haar leven in het Hotel de Ville terechtkwam.
Over zijn presentatie is hij na afloop bescheiden: 'het was een soort spreekbeurt'. Dat was het, weliswaar aangekleed met veel beeld en geluid, maar ik kreeg kippenvel bij de liedjes die hij zong en vaak ook bij de verhalen over het leven van 'La Panthere Rose', zoals Dalida in de tijd dat ze zich verbond aan Francois Mitterand werd genoemd.
In de nazit ging het over vergelijkingen, was Dalida een soort Callas, een Piaf van de jaren '70-'80? Ik weet het niet, ik ben na alle verhalen wel meer gaan begrijpen van mijn eigen fascinatie. Het drama in het leven van Dalida, dat ze niet rauw en ongepolijst de zaal insmeet, zoals Piaf dat deed, maar dat ze styleerde en dat als een laag onder haar zang lag. Soms heel ver weg, bij de onafzienbare rij deuntjes en flutliedjes -vaak covers van Engelstalige hits- en soms heel manifest, bij Leo Ferré's 'Avec le temps' en 'Je suis malade' van Serge Lama.
Een mooie tekst over sterven in de spotlights op een eurodiscobeatje, dat is Dalida ten voeten uit. 'Je veux mourir sur scene' uit 1983 voorspelt bijna hoe het zal gaan. Dit is een clip uit een tv-programma van Michel Drucker:
In de beelden van haar laatste optredens zien we een gesloopte zangeres die genoeg krijgt van het leven en die haar einde aankondigt.
Mooi hoe Luuck Droste dat verhaal met zijn zang, zijn verhalen en zijn verzameling beeldmateriaal tot leven brengt. Hij sluit de avond af met een eigen vertaling van het lied waarmee de avond begon. Kippenvel.