Het Henry Purcell jaar is hier al tot vervelens toe gememoreerd, dus daar ben ik kort over. 1659 - 2009, 350 jaar, enfin u snapt het wel.
Opera Zuid, gevestigd in Maastricht, koos dit jaar zoals veel gezelschappen voor een Purcellproductie. Dat had wat mij betreft ook wel een van de fraaie maar minder bekende semi opera's als 'King Arthur' of 'the Fairy Queen' kunnen zijn. Het werd, wat meer voor de hand liggend, 'Dido and Aeneas'.
Met zijn vijven, waren we vroeg in het Theater aan het Vrijthof in Maastricht voor de aanloop. Groot voordeel van een operabezoek in het zuiden is namelijk de aanwezigheid van Len van Schaik als toelichtster. Len is een begrip in het zuiden van nederland op dit gebied. Every inch a diva maakt ze theater op de vierkante decimeters van haar presentatiedesk, praat ze geraffineerd toe naar de muziekfragmenten en neemt ze je mee in het verhaal vol dilemma's en drama. We genoten van haar drama. M en M, beiden 15 jaar en 4 maanden, werden zo, veel beter dan wij ooit zouden kunnen, voorbereid op wat hen te wachten stond. Er waren trouwens veel jongeren in de zaal. Len deed haar best haar benadering wat aan te passen door een frivool 'cool' in haar verhaal te stoppen. Waarna ze de jeugd in de zaal even aankeek en opgewekt vroeg: 'Zo zeggen jullie dat toch tegenwoordig, jongelui?'Het Theater aan het Vrijthof volgde in de periode dat ik in Maastricht woonde de Staarzaal en de Schouwburg op als locatie voor muziek(theater), toneel en cabaret. Een geraffineerd bouwplan zorgde voor een bijna onzichtbare bouwperiode achter het oude politiebureau maar wel óp het Vrijthof. Het nieuwe theater op A-locatie werd gebouwd voor rond de 22 miljoen gulden. Dat is - zo mocht ik graag bezoekende Randstedelingen uitleggen - minder dan 1/5 van de overschrijding van de bouwkosten van de Stopera.
Regisseur Hans Nieuwenhuis had niet, zoals sommige anderen, gekozen voor thema's als lust en passie, drama over de Liefde of de Verlating. Hij benadrukte de rouw van prinses Dido en haar dilemma's in de liefde voor Aeneas. Het maakte een fraaie, eigenwijze productie die zich voortsleepte in het trage ritme van een begrafenis.
Het eigenlijke werk duurt net een uur. Voor de productie van Opera Zuid, samen met de opera in Luik en orkest Collegium ad Mosam, monteerde de regisseur een voorspel aan de opera. Daarbij maakte hij gebruik van muziek die Purcell schreef voor de begrafenis van Queen Mary. We zien voordat het eigenlijke verhaal begint hoe prinses Dido afscheid neemt van haar man. Zijn dood leidt ertoe dat ze kiest voor onkwetsbaarheid en de staatszaken van Carthago, en dat gevecht is het thema van de opera.
Ik las in de recensie, anders had ik het wellicht niet herkend, dat de 'choreografie' van de ceremonie ontleend was aan de begrafenis van prins Claus in Delft. Zo extreem foutloos als daar ging het niet, maar de sfeer van majestueuze rouw hing op het podium.
Waar het, in het libretto van Nahum Tate, de goden zijn, die vertegenwoordigd door de tovenares, die Aeneas terug dwingen naar de oorlog, kiest Niewenhuis voor een psychologische benadering. Zangeres Catherine Daniel transformeert zelf in een heks op het podium, daarmee benadrukkend dat ze zelf haar groootste tegenstandster is bij het vinden van geluk. Het waren interessante en gewaagde regievondsten die de opera nieuw licht gaven.
De volwassenen in het gezelschap snapten het allemaal wel en herkenden wellicht iets van hun ervaringen met dood en rouw. Voor de twee 15-jarigen leek het me allemaal nogal somber en traag. "We vonden het toch mooi hoor, en die scene met de tovenares en de heksen was toch best spannend", meldden ze trouwhartig na afloop.